De raad gaat akkoord met de aanpassing van het gemeentelijk belastingreglement op de verspreiding van niet-geadresseerde drukwerken en gelijkgestelde producten.
De decreetgever heeft aanpassingen aangebracht aan het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones.
Artikel 1 van het ministerieel besluit van 18 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken (quarantainemaatregelen, dit MB werd opgeheven door het MB van 23 maart 2020 maar kan eventueel behouden blijven als de gemeenteraad vrijstellingen en belastingverminderingen wil differentiëren).
Artikel 4, § 1, eerste lid, 1° van het decreet van 20 maart 2020 over maatregelen in geval van een civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid (afbakening periode van civiele noodsituatie).
Het ministerieel besluit van 27 juli 2021 houdende wijziging van het ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken.
Het belastingreglement van 31/05/2021 op de verspreiding van niet-geadresseerde drukwerken en gelijkgestelde producten.
De decreetgever heeft aanpassingen aangebracht aan het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Deze wijzigingen omhelzen een aantal terminologische aanpassingen en elektronische verzending. Echter, er zijn ook andere wijzigingen waardoor het bestuur genoodzaakt is om aanpassingen aan de huidige reglement door te voeren.
De wetgever voorziet in de mogelijkheid om een voorstel van aangifte te doen aan de belastingplichtige. Tenslotte dient elk reglement dat voorziet in een aangifteplicht een uiterste datum van aangifte op te nemen in het belastingreglement. Deze aanpassingen worden verwerkt in de nieuwe versie, artikel 9.
Er wordt gebruik gemaakt van de aanpassing van het reglement om ook artikel 3 te verduidelijken, dewelke de belastingplichtige aanduidt.
Rekening houdend met de financiële toestand van de gemeente.
Artikel 1
Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 een gemeentebelasting gevestigd op de huis-aan-huis verspreiding van niet-geadresseerde drukwerken en van gelijkgestelde producten.
Artikel 2
Verspreiding huis-aan-huis: de bedeling op het grondgebied van de gemeente (of een deel ervan) van drukwerk zonder adressering in de brievenbussen en zonder initiatief van de bestemmeling.
Gelijkgestelde producten: onder meer alle stalen en reclamedragers, door de adverteerders aangeboden, die willen aanzetten tot het gebruik of verbruik van diensten, producten of transacties. De opsomming is niet limitatief. Aankondigingen van vacatures en overlijdensberichten worden niet aanzien als reclamedragers.
Niet-geadresseerd: het ontbreken van een individuele adressering, waarbij ook de collectieve adresaanduiding per straat, of een gedeeltelijke straatvermelding, wordt beschouwd als niet-geadresseerd.
Bedelingsgebied: grondgebied dat wordt aanzien als de volledige oppervlakte van de gemeente Kapelle-op-den-Bos waar aan huis-aan-huis verspreiding van ongeadresseerd drukwerk wordt gedaan.
Artikel 3
De belasting is verschuldigd door de verantwoordelijke uitgever.
Indien de verantwoordelijke uitgever in het buitenland is gevestigd, is de belasting verschuldigd door de Belgische vestiging van de verantwoordelijke uitgever.
Wanneer er geen Belgische vestiging is, is de belasting in afnemende volgorde verschuldigd door de genieter wiens naam, logo of embleem het drukwerk of gelijkgesteld product draagt, de persoon die opdracht gaf aan de drukker of de drukker zelf.
De genieter wiens naam, logo of embleem het drukwerk of gelijkgesteld product draagt, is steeds hoofdelijk gehouden tot betaling van de belasting.
Artikel 4
De tarieven wordt vastgesteld als volgt:
aantal pagina’s per exemplaar kleiner of gelijk aan 5: 0,04 EUR per verspreid exemplaar;
aantal pagina’s per exemplaar groter dan 5: 0,06 EUR per verspreid exemplaar.
Het opengeplooide drukwerk dat groter is dan 1 A4 (29,6 cm x 21 cm) wordt aanzien als een meerbladig drukwerk. In de berekening van de belasting worden afwijkende afmetingen herleid tot een A4-formaat.
De minimum aanslag per bedeling bedraagt 100,00 EUR.
Bij de bedeling van een drukwerk of gelijkgesteld product in een deel van de gemeente, is steeds de aanslag verschuldigd voor het volledige bedelingsgebied.
Het aantal netto-brievenbussen (d.w.z. enkel brievenbussen zonder "geen reclamesticker") wordt jaarlijks vastgesteld door het College van burgemeester en schepenen op basis van de gegevens van Bpost en BD (Belgische Distributiedienst).
Artikel 5
Zijn van de belasting vrijgesteld:
- verenigingen zonder winstoogmerk en feitelijke verenigingen, voor zover ze sociale, politieke of culturele doeleinden hebben;
- erkende gemeentelijke sport- of socio- culturele verenigingen voor zover ze folders uitgeven voor eigen organisaties;
- vormingsinstellingen en plaatselijke onderwijsinstellingen;
- gemeentelijke adviesraden;
- verspreid exemplaar is kleiner of gelijk aan één A4-blad of een equivalent hiervan;
- vacatures en overlijdensberichten worden niet aanzien als reclamedragers cf. artikel 2;
- niet-geadresseerde reclamebladen en gelijkgestelde producten waarbij de opgenomen publiciteit hoogstens 50 % uitmaakt van het totaal;
- wanneer de in artikel 2 bedoelde opdracht tot drukken of produceren uitgaat van politieke partijen die een lijst indienden voor de Europese, de federale, de gewestelijke, provinciale of gemeentelijke verkiezingen, of van kandidaten die op een dergelijke lijst voorkomen, en dit voor zover de drukwerken of gelijkgestelde producten verspreid worden in de periode tussen de in de betreffende kieswetgeving vastgestelde datum van terhandstelling van de voordrachten van de kandidaten en de dag van de verkiezing;
- wanneer de verspreide drukwerken of gelijkgestelde producten hoofdzakelijk verband houden met een gemeentelijke volksraadpleging, en dit voor zover de drukwerken of producten verspreid worden in de periode tussen de indiening van het verzoek bedoeld in art. 206 van het gemeentedecreet en de beslissing van de gemeenteraad (of de districtsraad) om op een dergelijk verzoek niet in te gaan, of in de periode tussen de indiening van het verzoek bedoeld in art. 206 van het gemeentedecreet en de dag van de volksraadpleging of in de periode tussen de beslissing van de gemeenteraad (of: districtsraad) op eigen initiatief en de dag van de volksraadpleging.
Artikel 6
De belastingplichtige is gehouden een aangifte in te dienen bij het gemeentebestuur ten laatste op:
• 30 april van het aanslagjaar betreffende kwartaal 1,
• 31 juli van het aanslagjaar betreffende kwartaal 2,
• 31 oktober van het aanslagjaar betreffende kwartaal 3 en
• 31 januari van het volgend aanslagjaar betreffende kwartaal 4
Deze aangifte kan gebeuren via één van volgende kanalen:
• e-mail: belastingen@kapelle-op-den-bos.be;
• post: College van burgemeester en schepenen, Marktplein 27, 1880 Kapelle-op-den-Bos.
• Via het digitaal loket: www.kapelle-op-den-bos.be
De aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van de aanslag en een specimen van het te verspreiden reclamedrukwerk of daarmee gelijkgesteld product.
Voor de periodieke verspreiding mag de aangifte gedaan worden voor een periode van hoogstens 12 maanden.
Artikel 7
Bij gebreke van een aangifte binnen de in artikel 6 vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
Artikel 8
De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 10% ingeval van een eerste inbreuk op de aangifteverplichting, 50% ingeval van een tweede inbreuk op de aangifteverplichting en 100% ingeval van drie of meerdere inbreuken op de aangifteverplichtingen. In geen geval mag het verhoogd recht het dubbele van de verschuldigde belasting overschrijden. De belastingverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd. Deze verhoging van belasting is niet van toepassing voor de belasting van aanslagjaar 2021, dit omwille van de gevolgen van de coronacrisis.
Artikel 9
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 10
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 11
De belastingplichtige kan tegen deze belasting een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, gemotiveerd en ondertekend zijn en vermeldt:
1. de naam, de hoedanigheid, het adres of de zetel van de belastingplichtige ten laste van wie de belasting gevestigd wordt;
2. het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en de middelen.
De indiening van het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding verstuurd, binnen vijftien kalenderdagen na de indiening ervan.
Artikel 12
Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan beroep worden ingediend bij de rechtbank van eerste aanleg.
Artikel 13
De vestiging en de invordering van de belasting, alsook de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen
Artikel 14
Het reglement zal worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de gemeente met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.