Terug
Gepubliceerd op 10/09/2021

Besluit  Gemeenteraad

ma 30/08/2021 - 20:00

Addendum 3 aan de samenwerkingsovereenkomst afgesloten met het Agentschap Zorg en Gezondheid betreffende de lokale contact- en bronopsporing - bekrachtiging - beslissing

Aanwezig: Hendrik De Vleeschouwer, Wnd. voorzitter
Renaat Huysmans, burgemeester
Lena Ghysels, Hilde De Keersmaeker, Geert Van de Voorde, Ilse Rymenants, schepenen
Sonja Thielemans, Ken Keuleers, Peggy Somers, David Hermans, Yves Rousseaux, Edward De Wit, Jos Thomas, Mathias Diricx, Chris Reniers, Else Vanden Broeck, Dirk Hermans, Dirk Robberechts, Jan De Doncker, Raadsleden
Siebe Ruykens, algemeen directeur
Verontschuldigd: Bruno Keuleers, voorzitter van de gemeenteraad
Ann Van Rompaey, Raadsleden

De raad keurt de bekrachtiging van het "addendum 3" aan de samenwerkingsovereenkomst afgesloten met het Agentschap Zorg en Gezondheid betreffende de contact- en bronopsporing goed.

Aanleiding

Het lokaal bestuur heeft in samenwerking met de ELZ Grimbergen een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met het Agentschap Zorg en Gezondheid houdende het opnemen van complementaire engagementen in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van datum tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.  Deze samenwerkingsovereenkomst verstreek eind maart.

 

Deze beslissing werd verlengd via een addendum tot eind juni, daarna tot eind augustus.  Opnieuw werd de vraag gesteld om de samenwerkingsovereenkomst te verlengen tot 15 oktober.

 

Het lokaal bestuur wenst deze samenwerkingsovereenkomst zonder enige wijziging verder te zetten.  Hiervoor dienen we opnieuw een addendum toe te voegen aan de beslissing.

Regelgeving

Besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.

 

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.

Feiten, context en argumentatie

Sedert de opstart vormt optie 1 (bronopsporing, en quarantainecoaching) een belangrijk beheersinstrument om (1) contacten van besmette personen snel te identificeren en in quarantaine te plaatsen, (2) (uitbraak)clusters te detecteren en isoleren en (3) burgers blijvend aan te moedigen en te sensibiliseren om de basismaatregelen vol te houden om zo de transmissie van het COVID-19 virus te doorbreken en deze pandemie in te dijken. 

 

Bij bronopsporing wordt gezocht van wie de besmette persoon zelf de besmetting heeft opgelopen. Bronopsporing heeft als voordeel dat heel gericht kan gezocht worden waar de besmettingen vandaan komen en de lokale besturen als beleidsmakers heel gericht maatregelen (preventie, sensibilisering, handhaving) kunnen nemen.

 

Als enige niveau ondernemen lokale besturen concrete acties om de bronopsporing te versterken. Ze leggen verbanden door analyse van de beschikbare gegevens, inclusief de gegevens verkregen uit de samenwerkingsovereenkomst met de zorgraad, waardoor ogenschijnlijk willekeurige besmettingen tot één en dezelfde bron kunnen worden teruggebracht om op die manier verdere verspreiding van COVID-19 te beperken door het aanpassen van het lokale beleid inzake infectiebestrijding. Wanneer zij hotspots detecteren, nemen zij eveneens maatregelen om deze te isoleren en zo mogelijk in te perken. 

 

Intussen vordert de vaccinatiecampagne in Vlaanderen met rasse schreden. Niettemin zal bronopsporing de komende maanden nodig blijven. Dit blijft een tweede belangrijke beschermingslinie tegen de verspreiding van het virus. 

 

Uit 2020 leerden we dat de combinatie van versoepelingen van de maatregelen die de verspreiding van het coronavirus moesten indijken in de lente- en zomermaanden, de terugkeer van vakantiegangers en het slechter wordende weer naar het einde van de zomer toe mogelijk aanleiding gaven tot de tweede en meest dodelijke golf van de corona-pandemie in België. Het begin van de tweede golf werd door Sciensano vastgesteld op maandag 31 augustus 2020.

 

De vaccinatiecampagne draait weliswaar op volle toeren, maar het zal vermoedelijk nog tot het najaar 2021 duren vooraleer de vaccinatiegraad voldoende hoog is om groepsimmuniteit te bekomen.

  • Dit komt doordat er voor de bestelde 1,4 miljoen J&J vaccins nog geen leverzekerheid is. Die onzekerheid omtrent de J&J vaccins heeft een dubbele impact: als ze niet tijdig geleverd worden, dan moeten er 2 andere vaccins in de plaats komen (J&J is vooralsnog immers het enige vaccin waarbij 1 prik volstaat). In de voorbije maanden is al enkele keren gebleken dat de onzekerheid met betrekking tot de leveringen en/of leeftijdsrestricties bepalend zijn voor het tempo van de vaccinatie.
  • Daarnaast wordt de vaccinatiecampagne ook doorkruist door vakantieplannen van de bevolking, waardoor de uitrol van de vaccinaties mogelijks vertraging oploopt. Veel Belgen gaan deze zomer op vakantie naar het buitenland, en daarbovenop worden grote sportevenementen zoals de Tour de France en het EK voetbal bezocht door Europeanen uit alle windstreken. In combinatie met de versoepelingen van het “Zomerplan” en de oprukkende deltavariant bestaat zo een verhoogd risico is op het importeren/verder verspreiden van nieuwe varianten.
  • In andere delen van het land, zoals het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, valt de vaccinatiegraad tegen door twijfelaars en weigeraars.
  • Bovendien bestaat de mogelijkheid dat een derde coronavaccinatie nodig zal zijn om de bevolking te beschermen tegen oprukkende nieuwe varianten van het coronavirus.
  • Met een te lage vaccinatiegraad is er onvoldoende groepsimmuniteit en ontstaat er een grote kans dat het virus zich weer snel verspreidt. Deze kans wordt nog vergroot door de risico’s op het ontstaan van nieuwe virusvarianten, en door de recente versoepelingen inzake sociale contacten en reizen. Daarom is verhoogde waakzaamheid nodig om snel te kunnen ingrijpen bij uitbraken en een stijgende besmettingsgraad. Het reëel bestaan van dit risico is recent nog bevestigd door nieuwe uitbraken zoals in Israël en Portugal, niettegenstaande de zeer hoge vaccinatiegraad in Israël. Het is dan ook van essentieel belang dat iedere vorm van uitbraak of clustervorming zo snel mogelijk gedetecteerd wordt, zodat de nodige isolatie- en quarantainemaatregelen kunnen worden genomen.
  • Daarenboven is er onvoldoende zekerheid over de duur van de beschermingsgraad die de huidige vaccins bieden. Hierdoor bestaat de kans dat de groepsimmuniteit onvoldoende hoog is om risicoloos het najaar en de winterperiode door te komen.
  • Elke burger die overtuigd kan worden de basismaatregelen te respecteren, elke besmette persoon die wordt opgebeld met het oog op de identificatie van (uitbraak)clusters en elke persoon die begeleid wordt in het volhouden van de isolatie of de quarantaine, is een extra rem op de verspreiding van het virus.

 

We verwijzen hierbij ook naar het Hoog Overlegcomité in haar verslag van 18 juni 2021 (2020C80750.002): “Het virus zal de volgende maanden blijven circuleren. Bovendien is het risico op nieuwe varianten reëel, die mogelijks een hogere besmettelijkheid en ziektegraad veroorzaken. In dat verband heeft het Comité kennis genomen van de huidige situatie met betrekking tot de delta-variant. Alleen een zo breed mogelijke vaccinatiecampagne biedt hier een afdoend antwoord op. Verder is het belangrijk dat de verschillende onder(delen van een deugdelijk risicobeheer, met name preventie, testing, isolatie en quarantaine, contactopvolging, outbreak management, ventilatie, enz. op een adequaat en doeltreffend niveau worden gehandhaafd.”


Uit de evaluatie van de periode 1 november 2020 tot en met 31 maart 2021 blijkt de meerwaarde van de lokale besturen. Door hun direct contact met de burger en diepgaande kennis van de lokale situatie kunnen de lokale besturen de bronopsporing en quarantainecoaching heel doeltreffend aanpakken. Hierbij gebruiken ze verschillende acties en methodieken om nieuwe uitbraken en nieuwe besmettingen snel te lokaliseren en te bekampen. In aanvulling van de centrale contacttracing op het Vlaamse niveau konden de lokale besturen fysieke hulp bieden of zelfs beschermingsmateriaal ter beschikking stellen.

 

Op 16 juli 2021  heeft de Vlaamse Regering met het besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2021  tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna BVR 16 juli  2021) de contouren voor de complementaire werking en inzet in preventie, sensibilisering, lokale bronopsporing, quarantainecoaching en aandacht voor kwetsbare personendoor lokale besturen na 31 augustus 2021 uitgewerkt, met een bijhorende subsidie voor optie 1.

 

Besturen die op basis van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna: BVR 13 november 2020)  en/of het BVR van 23 april 2021 geen samenwerkingsovereenkomst hebben afgesloten met het Agentschap Zorg en Gezondheid, kunnen vanaf 1 september 2021 alsnog een overeenkomst voor optie 1 afsluiten.

 

De lokale besturen werken in al deze opdrachten ondersteunend en/of aanvullend op de werking van de COVID-19-teams binnen de zorgraden alsook op de werking van de centrale contactcenters.

 

De gemeenten die inzetten op optie 1 (sensibilisering / communicatie, preventie, bronopsporing en quarantainecoaching) krijgen een forfaitaire subsidie van 0,125 euro per inwoner per maand voor een periode van 1 september 2021 tot en met 15 oktober 2021.

 

De gemeente wil, na overleg met alle betrokken diensten, complementair inzetten op optie 1.

Hiertoe wordt door de gemeente een samenwerkingsovereenkomst opgesteld met het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid.

 

Bij deze samenwerkingsovereenkomst worden volgende documenten als bijlage gevoegd :

  • Afsprakennota waarin de gemeente, in overleg met de COVID-19-teams haar engagementen die zij in het kader van de samenwerkingsovereenkomst zal uitvoeren,  concreet omschrijft;
  • De nodige verwerkersovereenkomst(en) zoals voorzien op www.vlaanderenhelpt.be;
  • De contactlijsten m.h.o. op het aanvragen van de nodige accounts op deze engagementen te kunnen uitvoeren;
  • In voorkomend geval, de nodige protocollen zoals voorzien op www.vlaanderenhelpt.be.

 

Het opnemen van deze engagementen geschiedt met inachtneming van de bescherming van de privacy van de burgers, zoals onder meer gewaarborgd door de algemene verordening gegevensbescherming (AVG).

 

De gemeente zorgt voor de nodige capaciteit en middelen om dit engagement kwaliteitsvol op te nemen. 

 

De engagementen die de gemeente opneemt, doen geen afbreuk aan de engagementen die de gemeente in de bestrijding van de coronapandemie reeds opgenomen worden binnen de werking van de ELZ Grimbergen.  Integendeel, ze zijn bedoeld om deze werking nog te versterken.

 

Artikel 191 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie verankert het voorzorgsbeginsel in het kader van het beheer van internationale gezondheidscrisissen en van de actieve voorbereiding van zulke potentiële crisissen.  Dit beginsel houdt in dat, wanneer een ernstig risico hoogstwaarschijnlijk werkelijkheid zal worden, het aan de overheid is om dringende en voorlopige maatregelen te nemen;

Gelet op de oproep van de Vlaamse Regering van 16 oktober 2020, verankerd in het BVR van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, aan alle Vlaamse gemeenten om aanvullend en ondersteunend aan de reeds bestaande initiatieven bijkomende engagementen op te nemen in deze strijd;

Gelet op het toegenomen belang van lokale bronopsporing in Vlaanderen in het kader van de bestrijding van de COVID-19-pandemie, is het noodzakelijk dat de gemeente zo snel mogelijk met haar engagementen kan opstarten/verderzetten, zodat geen kostbare tijd verloren gaat.

Om te kunnen op opstarten/verderzetten is de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst of addendum met bijlagen vereist.  Op basis daarvan ontvangt de gemeente tevens de nodige accounts voor van de verschillende platformen.

De nodige stukken hiertoe werden sedert 7 december 2020 door de Vlaamse overheid ter beschikking gesteld.

 

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, die niet toelaat te wachten tot de eerstvolgende gemeenteraad omwille van de noodzaak om engagementen onmiddellijk te kunnen opnemen.

 

Zo de gemeenteraad niet tijdig kon samenkomen om onderhavig besluit te nemen, kon op grond van artikel 269 DLB bij hoogdringendheid de samenwerkingsovereenkomst goedkeuren m.h.o. op het bekomen van de nodige accounts doch onder voorbehoud van bekrachtiging van deze beslissing op de eerstvolgende gemeenteraad waarop dit wetmatig kan geagendeerd worden.

 

 Dat de hoogdringendheid blijkt uit de epidemiologische resultaten voor Vlaanderen, die van dag op dag evolueren.

 

Gelet op de voornoemde hoogdringendheid, nam het college van burgemeester het besluit tot ondertekening van de voorliggende addendum 3.



Zij deed dit onder voorbehoud van bekrachtiging van onderhavig besluit door de eerstvolgende gemeenteraad waarop dit dossier rechtsgeldig kan worden geagendeerd.

Publieke stemming
Aanwezig: Hendrik De Vleeschouwer, Renaat Huysmans, Lena Ghysels, Hilde De Keersmaeker, Geert Van de Voorde, Ilse Rymenants, Sonja Thielemans, Ken Keuleers, Peggy Somers, David Hermans, Yves Rousseaux, Edward De Wit, Jos Thomas, Mathias Diricx, Chris Reniers, Else Vanden Broeck, Dirk Hermans, Dirk Robberechts, Jan De Doncker, Siebe Ruykens
Voorstanders: Renaat Huysmans, Lena Ghysels, Hilde De Keersmaeker, Geert Van de Voorde, Ilse Rymenants, Sonja Thielemans, Ken Keuleers, Hendrik De Vleeschouwer, Peggy Somers, David Hermans, Yves Rousseaux, Edward De Wit, Jos Thomas, Mathias Diricx, Chris Reniers, Else Vanden Broeck, Dirk Hermans, Dirk Robberechts, Jan De Doncker
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Besluit

Art. 1 De raad neemt kennis van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, het geconsolideerde  besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing  en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken en het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.

 

Art. 2 De raad bekrachtigt de beslissing van het college van burgemeester en schepenen (2021/CBS/1136) d.d. 27 juli 2021 inzake de samenwerkingsovereenkomst/het voorgelegde addendum met bijlagen.